Moord en doodslag, oplichting en verduistering, kinderporno en bedreiging… Het is tegenwoordig aan de orde van de dag. Lees de krant er maar op na. Dat is niet altijd zo geweest. Vandaag precies een eeuw geleden, op 15 oktober 1924, werd in de krant een ‘misdrijf’ vermeld van een geheel andere orde.
Op die dag stond een man bij de rechtbank Rotterdam terecht voor een diefstal van een jas. Hoewel, ‘diefstal’… Volgens hem had hij de jas geleend van een man en was ermee op stap gegaan. Dat de jas uitgeleend was verklaarde ook het ‘slachtoffer’. De beklaagde maakte met de jas aan een rondreis van Rotterdam naar Amsterdam en Arnhem. De 23-jarige verdachte was ‘bloemistknecht’ van beroep.
Waarom de man een rondreis maakte wilde hij aan de rechter niet verklaren. Wel gaf hij aan een slechte jeugd te hebben gehad en dat hij in een inrichting had gezeten. Het was de eerste keer dat de man voor de rechter stond, hij had geen strafblad.
De politierechter gaf de man echter wel voorwaardelijk drie maanden gevangenisstraf met een proeftijd van drie jaar. Het is onbekend waar de mannen elkaar van kenden.
