Het Openbaar Ministerie van Amsterdam heeft gisteren een eis van tien jaar cel en TBS met dwangverpleging uitgesproken tegen een 29-jarige man. Hij wordt ervan verdacht in maart vorig jaar Lau Bronne te hebben doodgeschoten. Tegen twee andere verdachten eiste het OM een celstraf van anderhalf jaar, voor het wegmaken van het lichaam van Bronne.
De hoofdverdachte, Hamid B. zit op dit moment in de gevangenis. De twee medeverdachten komen uit Assendelft en Krommenie
Lichaam gevonden
Op 12 maart 2021, om 10:00 uur in de ochtend, zag een voorbijganger een lichaam in een sloot liggen aan de Nico Broekhuysenweg bij de Tuinen van West in Amsterdam. Al gauw bleek de man te zijn vermoord. Het ging om Lauranio Bronne, een 22-jarige man uit Assendelft. Hij was niet op die plek doodgeschoten.
Volgens het OM was er sprake van een ruzie tussen Hamid en Lau. Ze zaten in een busje in Assendelft. Het busje was van een van de medeverdachten. Die stonden buiten het busje toen zij een knal hoorden. Hamid zou Lau in de mond hebben doodgeschoten. Volgens één van de medeverdachten wilde Hamid Lau alleen maar bang maken en niet doodschieten. Daarna besloten de mannen het lichaam buiten Assendelft te dumpen. Ze vluchtten naar België, waar ze intrek namen in een hotel in Antwerpen. Daar probeerden ze het paspoort van het slachtoffer te verbranden. Ook trachtten ze het busje en hun kleren van het bloed van het slachtoffer te ontdoen. Terug in Amsterdam staken ze de bus in brand.
Eén van de medeverdachten was een jeugdvriend van het slachtoffer. Hij zei dat hij niet langer kon leven het met idee dat de nabestaanden niet wisten wat er met L au is gebeurd. De andere nabestaande had ter zitting zijn excuses aangeboden dat hij niet meteen openheid van zaken had gegeven.
Hamid bleef tijdens het politieonderzoek volhouden dat hij niet wist dat het wapen was geladen en dat het allemaal een ongeluk was. In het requisitoir ging de officier van justitie daar op in:
“De hoofdverdachte heeft een vuurwapen in zijn mond afgeschoten. En waarom? Een dolletje? Voor de nabestaanden is dit niet te begrijpen. Hun verdriet is onmetelijk en niet in woorden te vatten. Zij zullen moeten doorleven zonder hun geliefde zoon, kleinzoon, broer en vriend maar wel met een blijvend gat in hun bestaan.”
De Officier van Justitie tijdens de zitting
Lauranio Bronne was een bekende van de politie, maar stond niet te boek als ‘crimineel’. Door zijn beperkte verstandelijke vermogens was hij makkelijk te beïnvloeden. Dat heeft waarschijnlijk meegespeeld met de daden die hij pleegde. Zo moest hij voorkomen vanwege een vechtpartij in mei 2019. Hij zou samen met een vriend twee Belgische jongens hebben aangevallen en mishandeld.
